Home Algemeen Toppers zonder wereldtitel deel 1: Teuvo Lˆ_nsivuori en Bruno Kneubˆ_hler

Toppers zonder wereldtitel deel 1: Teuvo Lˆ_nsivuori en Bruno Kneubˆ_hler

0

Zowel de Fin Teuvo Länsivuori als de Zwitser Bruno Kneubühler waren tijdens de jaren '70 van de vorige eeuw actief in meerdere klassen binnen het wereldkampioenschap wegrace, waarbij Kneubühler ook nog actief was in de jaren '80. Beide heren vormden gedurende deze periodes een belangrijke factor in de strijd om het kampioenschap, waarbij zij tevens alle twee eventjes mochten genieten van absoluut fabrieksmateriaal. Ondanks hun formidabele rijden zouden de twee coureurs echter nooit verder komen dan een aantal vice-wereldtitels.

Vanaf het seizoen 1979 gaat Kneubühler zich gedurende een aantal jaren met name richten op de 125cc klasse, overigens niet zonder succes. Zo staat hij in datzelfde 1979 met een MBA aan het vertrek bij de achtsteliters. Met deze machine weet hij dat jaar nog geen podiumplaatsen te scoren, maar wel pakt hij her en der weer zijn punten, wat hem uiteindelijk een negende plaats in de eindrangschikking oplevert.

In 1980 komt Kneubühler andermaal in actie in de 125cc klasse met de MBA. Hij begint het seizoen sterk met twee derde plaatsen in Italië en Spanje. Ook in de GP's daarna weet hij op één keer na overal punten te scoren, waaronder nog eens een tweede plek in Groot Brittannië. Al deze resultaten bij elkaar zorgen er voor dat Kneubühler uiteindelijk vierde wordt in de eindstand; een goede klassering nadat het in de voorgaande jaren niet echt super is gegaan voor de Zwitser.

Zowel het seizoen 1981 als 1982 lopen echter weer uit op een redelijke teleurstelling voor Kneubühler. In 1981 staat hij met een Rotax aan het vertrek bij de kwartliters, terwijl hij het in 1982 weer probeert bij de achtsteliters aan boord van een MBA. Zijn beste klasseringen gedurende deze twee seizoenen zijn uiteindelijk een aantal zevende plaatsen in 1982, waarmee hij natuurlijk geen rol van betekenis in de strijd om het kampioenschap heeft kunnen spelen.

Aan dat laatste komt in 1983 echter verandering. Kneubühler, opnieuw met een MBA aan de start verschijnend in de 125cc klasse, begint het seizoen met een aantal top 10-klasseringen, maar naarmate het seizoen vordert, worden de prestaties van de Zwitser ook steeds beter. Zo slaagt hij er in Joegoslavië in de 125cc-race op zijn naam te schrijven, waarmee hij voor het eerst sinds jaren weer eens een GP-overwinning weet te boeken. Na een derde plaats in Nederland en een tweede plek in Groot Brittannië is het Kneubühler die richting het eind van het seizoen ook de GP van Zweden op zijn naam weet te schrijven. Kneubühler wordt dat jaar uiteindelijk vice-wereldkampioen bij de achtsteliters, zij het op enige afstand van titelwinnaar Angel Nieto die met zijn Garelli dat seizoen toch behoorlijk zijn stempel heeft weten te drukken op het kampioenschap.

In 1984 staat Kneubühler andermaal met een MBA aan het vertrek bij de achtsteliters. Daarbij slaagt hij er gedurende een groot aantal GP's in punten te pakken, maar verder dan een vierde plaats als beste resultaat komt hij dat jaar niet. Aan het eind van het seizoen zien we de Zwitser dan ook pas terug op een tiende plaats in de eindrangschikking.

Gedurende de jaren 1985 en 1986 neemt Kneubühler deel aan het wereldkampioenschap bij de 125cc's met een LCR/MBA. Andermaal slaagt hij er tijdens deze beide seizoenen in bij een heel aantal GP's punten te pakken. Daarbij weet hij zowel in 1985 als in 1986 (een aantal keren) op het podium te eindigen, met als beste resultaat een tweede plaats tijdens de GP van België in 1985. Kneubühler is daarmee gedurende deze periode een goede subtopper bij de achtsteliters, wat hem respectievelijk een vijfde en een zesde plaats oplevert in de eindstand in deze twee jaren.

Kneubühler sluit zijn carrière af in de 500cc klasse, waaraan hij in 1987, 1988 en 1989 met een productie-Honda deelneemt. Met deze machine is de Zwitser niet opgewassen tegen al het fabrieksgeweld van onder andere datzelfde Honda, Yamaha en Suzuki. Gedurende de seizoenen 1988 en 1989 weet hij nog een aantal punten te pakken met klasseringen tussen de posities twaalf tot en met vijftien die vanaf 1988 ook recht geven op punten dankzij de invoering van een nieuw puntensysteem. Met enkel en alleen deze resultaten duurt het dan ook enige tijd, voordat we Kneubühler in die jaren tegenkomen in de eindstand voor het kampioenschap, waarmee hij uiteindelijk op een zeer bescheiden manier afscheid neemt van het wereldkampioenschap wegrace.

Gedurende hun carrières zijn Länsivuori en Kneubühler er dus beide duidelijk in geslaagd hun sporen in het wereldkampioenschap wegrace achter te laten. Daarbij wist echter zowel de Fin als de Zwitser nooit een wereldtitel te pakken, maar wel werden ze alle twee drie keer vice-wereldkampioen; een prestatie die er ook zeker heeft mogen zijn.

 

Erelijst van Teuvo Länsivuori:

8 overwinningen
0 wereldtitels

1969:
250cc: geen overwinningen, 38e in de eindstand

1970:
125cc: geen overwinningen, 41e in de eindstand
250cc: geen overwinningen, 27e in de eindstand

1971:
250cc: geen overwinningen, 22e in de eindstand
350cc: één overwinning, 10e in de eindstand

1972:
250cc: geen overwinningen, 5e in de eindstand
350cc: geen overwinningen, 7e in de eindstand

1973:
250cc: twee overwinningen, 2e in de eindstand
350cc: drie overwinningen, 2e in de eindstand

1974:
350cc: één overwinning, 6e in de eindstand
500cc: één overwinning, 3e in de eindstand

1975:
500cc: geen overwinningen, 4e in de eindstand

1976:
500cc: geen overwinningen, 2e in de eindstand

1977:
500cc: geen overwinningen, 9e in de eindstand

1978:
500cc: geen overwinningen, 8e in de eindstand

 

Erelijst van Bruno Kneubühler:

5 overwinningen
0 wereldtitels

1972:
350cc: één overwinning, 6e in de eindstand
500cc: geen overwinningen, 3e in de eindstand

1973:
50cc: één overwinning, 2e in de eindstand
250cc: geen overwinningen, 9e in de eindstand
350cc: geen overwinningen, 33e in de eindstand
500cc: geen overwinningen, 6e in de eindstand

1974:
125cc: één overwinning, 2e in de eindstand
250cc: geen overwinningen, 5e in de eindstand
350cc: geen overwinningen, 12e in de eindstand

1975:
125cc: geen overwinningen, 6e in de eindstand
250cc: geen overwinningen, 9e in de eindstand
350cc: geen overwinningen, 20e in de eindstand

1976:
250cc: geen overwinningen, 8e in de eindstand
350cc: geen overwinningen, 7e in de eindstand

1977:
250cc: geen overwinningen, 26e in de eindstand
350cc: geen overwinningen, 11e in de eindstand

1978:
500cc: geen overwinningen, 29e in de eindstand

1979:
125cc: geen overwinningen, 9e in de eindstand

1980:
125cc: geen overwinningen, 4e in de eindstand

1981:
250cc: geen overwinningen, 27e in de eindstand

1982:
125cc: geen overwinningen, 15e in de eindstand

1983:
125cc: twee overwinningen, 2e in de eindstand

1984:
125cc: geen overwinningen, 10e in de eindstand

1985:
125cc: geen overwinningen, 5e in de eindstand

1986:
125cc: geen overwinningen, 6e in de eindstand

1987:
500cc: geen overwinningen, geen klassering in de eindstand

1988:
500cc: geen overwinningen, 22e in de eindstand

1989:
500cc: geen overwinningen, 34e in de eindstand

Bron foto's:
www.kakeh.com/imatra