Al met al is hij tevreden over het voorbije raceweekend: Erwin Druijff. De Supersport coureur van het Amici Hoegee Suzuki Racing Team ÔoverleefdeÕ zondag in Assen maar n van de twee races, maar werd daarin wel vijfde. ÒEn dat is een goed resultaatÓ, aldus Druijff.
“We begonnen de eerste race op een natte baan, vandaar dat we hadden gekozen voor regenbanden. Net als alle andere rijders trouwens. Maar de baan droogde snel op en ik moest zorgen dat ik mijn banden zo veel mogelijk kon sparen. In de race kon ik vrij snel naar voren komen, op een gegeven moment lag ik zelfs tweede. Maar uiteindelijk had ik toch teveel van mijn achterband gevraagd. Hij lag helemaal aan puin en ik viel terug naar de vijfde plaats. Daar kan ik heel goed mee leven. Ik heb laten zien dat ik met de top mee kan komen en dat was voor mij het belangrijkste. Het was een mooie wedstrijd.”<br /> <div><br /> </div>
<strong>Pech en geluk</strong><br /> In de tweede race had Druijff geen geluk. Na een goede start verslikte hij zich al in de eerste ronde in een inhaalmanoeuvre en ging daarbij onderuit. “Vanuit het niets eigenlijk. Mijn achterkant was ineens weg. Ik weet eerlijk gezegd niet eens wat er precies gebeurde.” Toch had Druijff zelfs bij die valpartij nog geluk, want een achtervolger kon hem niet meer ontwijken, reed over zijn bovenbeen heen, maar ernstig letsel bleef Druijff bespaard. “Ik ben wel bont en blauw, maar gelukkig is er niets kapot. Natuurlijk is het klote, zo’n valpartij, het kost je weer een race. Gelukkig was de eerste wel goed. Ik blijf het altijd positief bekijken. We hebben nog drie races te gaan. Het seizoen is voor mij nog niet voorbij.”